Al meer dan tien jaar bezoekt De Mystery Burger elke week een raadsvergadering. Via deze nieuwsbrief deel ik de columns, elke week aangevuld met tips 💡 voor raadsleden, collegeleden, griffiers, burgemeesters — én bestuurders van andere overheidslagen. Deze week: hoe een gemeenteraad er maar niet aan toe komt het geld uit te geven.
‘De rekeningcommissie kan constateren dat de gemeente een goede financiële uitgangspositie heeft,’ zegt Coen van Horen, voorzitter van de rekeningencommissie. Namens de raad van Deurne heeft deze de jaarrekening met de accountant doorgespit. De gemeente schrijft behoorlijk wat zwarte cijfers.
Toch is er een verbeterpuntje. ‘Zoals elk jaar vragen we aandacht voor riolering,’ zegt hij. Het geld in die pot is alweer hoger dan het onderhoudsplan nodig heeft. Datzelfde gold vorig jaar voor wegenonderhoud, maar daarvoor is de gemeente het geld wél gelukt uit te geven. ‘We adviseren die reserve af te bouwen door uitgestelde investeringen in te halen,’ zegt Van Horen.
De gemeente heeft dit jaar zeven miljoen euro over. Het geld gaat naar de algemene reserve. De commissie adviseert de raad op zoek te gaan naar ‘bijsturingsmogelijkheden,’ zegt Van Horen. De jaarrekening zelf krijgt een positief oordeel van de commissie. ‘We adviseren in te stemmen.’
‘Deurne schrijft weer zwarte cijfers,’ jubelt Mark van den Heuvel (VVD). ‘We stonden er goed voor, we staan er goed voor en we blijven er goed voorstaan,’ vindt ook Jerom Coppes (PGP Deurne). Al heeft de raad wel ambities, zegt Coppes, ‘en er zijn dossiers waar we het geduld van onze inwoners danig op de proef stellen.’ De lijst met projecten waar niets mee is gebeurd is ook langer geworden, vindt ook Van den Heuvel.
‘Zeven miljoen over en een stevig weerstandsvermogen,’ vat Janke van Dijk (DeurneNu) samen. ‘Zoals ons pap altijd zei: spek op de botten.’ Ook Van Dijk plaatst een kanttekening: ‘Als het speelveldje al jaren onderhoud vraagt en er scheuren in het fietspad zitten, voelt het alsof je op een warme dag loopt te sjouwen met een winterjas.’ Ze herhaalt de vraag of er niet tussentijds kan worden bijgestuurd. ‘Maak bijvoorbeeld het storten op de milieustraat gratis.’
‘We hebben zes keer meer weerstandsvermogen dan in een worst-case scenario,’ benadrukt Frank van Tilburg (Burgerpartij Transparant Deurne). ‘Onze inwoners verwachten dat we het uitgeven,’ vindt Benny Munsters (Onafhankelijke Groep Deurne). ‘Ik zou wel vijftig projecten kunnen noemen.’ Edmond van Ooijen (50Plus) heeft ook wel een bestemming. ‘Het rijwielpad van Neerkant naar Deurne is erbarmelijk,’ weet hij. ‘Het is maar weer een tip.’ Maar ook hij zal net als de anderen instemmen met de jaarrekening.
Volgens wethouder Tom Oomen kan de raad vandaag al bijsturen: ‘Dien moties en amendementen in.’ Elke maand is er een voortgangsrapportage. Maar wel met een waarschuwing. ‘Eerst plannen maken dan knaken,’ is volgens Oomen het mantra van het college, en dat zou ook voor de raad moeten gelden.
Ook Van Ooijen pleit nu voor voorzichtigheid. ‘Ik werkte in de jaren ’80 voor gemeenten waar we door bezuinigingen eenderde van het personeel moesten ontslaan,’ herinnert hij. ‘Zo zwart-wit is het niet,’ interrumpeert Munsters. ‘We hebben zes keer zoveel geld als onze risico’s.’ Wat is dan de grens van ons weerstandsvermogen, vraagt hij. De gemeente gaat groeien, legt Van Ooijen uit. ‘We moeten ons niet te rijk rekenen,’ vindt hij. ‘We hebben bewust geen maximum ingesteld,’ vindt Coppes. En geld voor de groei zou Deurne juist via de regio en het Rijk moeten halen, vindt Van Tilburg. ‘Ik zou daar geen eigen middelen voor inzetten,’ zegt hij.
‘Er moeten concrete plannen komen in plaats van dat wij in het wilde weg maar plannen gaan verzinnen,’ vindt Bram van Neerven (Doe!), al heb ik dat nog niemand voor horen stellen. Net zo min als dat het maken van dat concrete plan de raad niet in de weg staat. ‘Er moet een gedegen plan onder liggen,’ vindt Van Neerven.
Maar welk, daar komen we vanavond niet meer achter. De miljoenen gaan naar de reserve, waar ze veilig blijven wachten op een raad die weet wat ze ermee wil. En wie vraagt waar het geld blijft, krijgt vooral verhalen. Geen voorstellen. Maar hé — Deurne staat er wél goed voor.
Deze column verscheen op 7 juli 2025 in Binnenlands Bestuur. Wil je meer leren over het ambt van raadslid of de praktijk van lokale democratie? Kijk dan eens bij het Periklesinstituut.
Les van de burger
De jaarrekening is óók politiek.
Op papier lijkt de jaarrekening vooral een financieel document, bedoeld om de cijfers rechtmatig af te vinken. Maar het is juist hét moment om te beoordelen of het beleid van het college ook het beoogde maatschappelijk effect heeft gehad. Geld uitgeven is geen doel, maar een middel om doelen te bereiken. Juist bij een positief resultaat hoort de vraag: is er gedaan wat we wilden bereiken?
Zonder interactie geen politiek debat.
Een goed debat draait niet om het herhalen van standpunten, maar om het uitwisselen van argumenten. In Deurne bleef het daar ver van: raadsleden reageerden nauwelijks op elkaar en vervielen geregeld in drogredeneringen. Zo werd bijvoorbeeld met een ad absurdum-redenering een voorstel overdreven tot het belachelijke (‘dan kunnen we net zo goed alles gratis maken’), of werd een stropop-redenering gebruikt om een standpunt te verdraaien en daar vervolgens tegen te ageren. Zulke retoriek leidt de aandacht af van de inhoud. De echte politieke vraag bleef zo liggen: Wat gaan we dan wél doen met die zeven miljoen?
De raad hoeft het niet alleen te doen — maar moet wél zelf beginnen.
Wie iets mist in de besluitvorming, kan het debat openen. Dat hoeft niet met een volledig plan of een initiatiefvoorstel: een motie is vaak al genoeg. En wie wél iets wil uitwerken, hoeft dat niet alleen te doen. Raadsleden hebben recht op ambtelijke ondersteuning bij het ontwikkelen van beleid. De griffie kan daarbij helpen: niet door inhoudelijk te adviseren, maar door te zorgen dat de juiste ambtelijke ondersteuning wordt georganiseerd. Je kan daar ook gewoon de vraag stellen: ik wil een plan uitwerken, hoe doe ik dat?